Monday, July 22, 2013

Rocking the folks

Aaah, Yellowknife.  Daalde de temperatuur des winters niet regelmatig tot -45°C, we kwamen hier in een wip wonen.  En het allerliefst in een van de vele charmante houseboats.  We namen dan onze fiets mee in de kano en gingen vrolijk op en neer. Werken was elke dag een feest, want iedereen is vriendelijk en blij om in deze stad te leven. 




We moeten wel opletten dat we het leven hier niet té mooi voorstellen.  De stad wordt ontsierd door heel wat alcoholisten, de meeste onder hen natives.  Hun ouders en grootouders kwamen de slechte behandeling door 'de blanke man' nooit te boven, en de kinderen dragen die psychische en fysieke problemen bijna mee in hun bloed.  Toch is het in Yellowknife voor het eerst dat we een enorme liefde voor het land zien, die net komt van de autochtone Dene en Inuit, en die wordt doorgegeven aan de nieuwkomers.  Respect voor de omgeving is een belangrijk deel van de levenswijze.  Dat ze af en toe een caribou of eland schieten voor het vlees en de pels, hoort daar nu eenmaal bij...

Een niet zo goed voorbeeld van het voorgaande, is de plaatselijke vuilnisbelt.  Maar wel een foto waard:


Mijn man in Marlon II.

Een betere illustratie is de boerenmarkt, waar wij elke dinsdagavond met France haar waar verkopen.   Op deze plek langs het water komt Yellowknife samen om verse groentjes te eten en met vrienden te picknicken.


Het is bovendien écht niet moeilijk om van dit land te houden.  De mensen zijn er trots op dat ze in the North wonen, en terecht.  Aan natuurpracht geen gebrek.  Er zijn meer meren dan land, ruige rotsen en wilde rivieren.



U kan duidelijk zien dat ik me heel veilig voel daar aan de rand van de afgrond.



Al deze schone plaatjes terzijde, als we zeggen dat we in Yellowknife wel zouden kunnen wonen, heeft dat vooral te maken met de sfeer en de mensen.  Vrijdag zijn we mee gaan helpen met de opbouw van Folk on the Rocks, een muziekfestival op een rotsheuvel aan een meer (dat spreekt voor zich) een paar kilometer buiten de stad.  We zetten een ingenieus systeem op, dat met zonne-energie water opwarmt voor de afwas.  Tijdens het festival kunnen mensen dan borden en bestek huren, zodat de massa weggegooid plastic wordt gereduceerd.  Onze wwoof-gastheer Doug is de initiatiefnemer van dit project. Allemaal mooi en wel, wij deden het toch ook een beetje voor het gratis toegangsticket en het volunteer T-shirt...

Jan eindelijk aan het stuur van een truck - weliswaar met zonnepanelen in de laadbak.
Folk on the Rocks lijkt in niets op een Belgisch festival.  Om half zeven stopt bijvoorbeeld de bierverkoop en als je je eigen sigaretten rolt, gooien ze je bijna buiten omdat je meteen verdacht wordt van drugsgebruik.  Desalniettemin is het een heerlijke ervaring.  En dat niet alleen omdat de knappe bebaarde Canadezen eindelijk uit hun kot komen.  Het publiek (alle inwoners van Yellowknife en omstreken) luistert met evenveel enthousiasme naar Inuit throat singers als naar de populaire lokale indiebandjes.  En die uiteenlopende groepen worden dan ook nog eens hier en daar samen op een podium gezet voor al dan niet geïmproviseerde samenwerkingen.  Liefde, tolerantie en respect zijn de toverwoorden.  Als we de afwezigheid van geïntoxiceerde hippies wegdenken, wanen we ons zowaar in de seventies.  Vooral tijdens de afsluiter van het festival: een drum dance gebracht door de Yellowknife Dene Drummers, waarbij iedereen - om 12u 's avonds maar bij daglicht - in een grote cirkel rondhuppelt.  Artiesten en publiek door elkaar.


Knappe set van Hayden.  Als je tijd hebt, check ook zeker onze ontdekkingen The Crooked Brothers en The Harpoonist and the Axe Murderer.

The Yellowknife Dene Drummers.  Neem ook zeker eens een kijkje naar hun Hand Games.  Hallucinant!




En dan als afsluiter nog een foto van mezelf in mijn nieuwe $2 kringwinkel-supermantrui, klaar om met een ijsbeer te vechten.


In het museum, welteverstaan.

Kuskus en tot snel,

Fien en Jan

No comments:

Post a Comment